15 januari 2015

Auteur: 
Tessa Dikker

 

We vieren het met leverworst

Ik haal in de stromende regen bij de slager cupcakes voor de bijeenkomst van de kerngroep ouders van de Wijkacademie Opvoeden. De cupcakes zijn een vast onderdeel van de bijeenkomsten geworden. Ik houd van traditie maar geloof ook zeker in de verfrissende werking van ‘change’. Toen ik echter een keer in plaats van cupcakes frou-froutjes op tafel zette werd mij dat niet in dank afgenomen. En gelukkig maar eigenlijk, want het is telkens weer een feest om bij Slagerij Krijnen de taartjes te halen: ik kwam hier al als kleine meid aan de hand van mijn vader. Ik at hier mijn eerste leverworst (terwijl ik dit schrijf pink ik een traantje weg).  Vandaag kan ik de slager trots vertellen dat ik tante ben geworden. Ik glim alsof ik net zelf ben bevallen. Als ik dat nou eerder verteld had, waren de cupcakes versierd met muisjes om het te vieren zegt hij. In plaats daarvan krijg ik nu een plakje leverworst. 

De Wijkacademie Opvoeden Amsterdam Oost is inmiddels al langer dan een jaar operationeel. Met een geweldige kerngroep bepalen we welke thema’s belangrijk zijn in de buurt als het over opvoeden gaat en op welke manieren deze thema’s breder in de buurt bespreekbaar kunnen worden. De kerngroep heeft een diverse samenstelling. Divers op elk gebied die je maar kan bedenken: leeftijd, culturele achtergrond, beroepsgroep, aantal kinderen, sekse etcetera. Wat de groep echter bindt is dat iedereen het thema ‘opvoeden’ belangrijk vindt en zich ervoor wil inzetten dit thema op de kaart te zetten in Amsterdam Oost. Het is mooi om te zien hoe men de rol van ambassadeur van de kerngroep Wijkacademie Opvoeden Amsterdam Oost inmiddels ten voeten uit heeft geïnternaliseerd en de boer op gaat met ideeën en enthousiasme. Er worden gretig kaartjes en flyers uitgedeeld, jongeren en ouders betrokken en projecten bedacht. Alles om het gesprek over opvoeden met elkaar aan te gaan. 

The established and the outsiders

De kerngroep bestond een lange tijd uit acht opvoeders en dit creëerde de gelegenheid om elkaar op een  intieme en veilige manier te leren kennen. Hoognodig om de soms ook gevoelige onderwerpen te bespreken.  Om echter de groep nog meer kracht bij te zetten het informele netwerk van opvoeders in Amsterdam Oost te versterken en het gesprek over opvoeden te normaliseren hebben Hanne en ik de afgelopen maanden  nog een aantal extra enthousiaste opvoeders geworven.  Deze bijeenkomst sluiten ze aan en deze bijeenkomst zal dan ook in het teken staan van ontmoeting en ‘groepsvorming’.

Maar liefst zeven nieuwe opvoeders komen vanavond voor de eerste keer meedoen en kennismaken. De deur van het Karel Appelhuis klemt, dat weet ‘de oude garde’ allang. De ‘gevestigden’ draaien dan ook met precisie de deurklink een beetje naar rechts om vervolgens met de heup op de juiste plek een klein stootje te geven zodat de deur soepel openspringt. De ‘nieuwelingen/buitenstaanders’ duwen allen, na enige tijd met weerstand geconfronteerd te zijn  met grof geweld de deur open en vallen letterlijk stuk voor stuk binnen.

 

Fruit, cupcakes en verfspatten

Voorzichtig kijken ze om zich heen en nemen waar hoe de ‘oude kern’ elkaar in de armen valt en elkaar nog-de-beste-wensen-mag-het-eigenlijk-nog-wel wens. De sfeer is opgetogen en iedereen heet ook de nieuwkomers hartelijk welkom. Verwonderd nemen deze plaats op de lage krukjes aan de tafel met fruit, cupcakes en verfspatten.

Deze setting (lage krukjes, tafel met verfspatten) was ooit bedacht als toegevoegde waarde voor de bijeenkomsten: in een speelse omgeving zou je eerder loskomen om  vervolgens tot de ware kern te komen. En nader tot elkaar. Ik hoop dat de nieuwe opvoeders dit kunnen waarderen. Het lijkt van wel.

De bijeenkomst van vandaag staat geheel en al in het teken van kennismaking en na een kort welkomstwoord en kleine introductie wordt iedereen gevraagd in twee rijen tegenover elkaar te gaan staan voor de volgende oefening: rij 1 kijkt 30 seconden naar rij 2. Daarna draait rij 1 zich om. Rij 2 verandert vervolgens 3 dingen aan zijn of haar uiterlijk. Als er drie dingen veranderd zijn, draait rij 1 zich weer om en moet rij 2 raden wat er bij de rij 1 veranderd is. Daarna worden de rollen omgedraaid. Lachend en opgewonden worden sjaals geruild, brillen afgezet en zelfs schoenen uitgedaan.

Jij bent ook een man

Ik verbaas me er elke keer weer over hoe ‘goed’ dit soort oefeningen werken. Hoe enthousiast de meesten worden van het ‘spelelement’ en hoe het iedereen samenbrengt. Nadat iedereen de eigen bril, sjaals, jas of schoenen weer terug heeft wordt iedereen gevraagd even door de ruimte te lopen en iemand uit te kiezen waarmee hij of zij een overeenkomst meent te hebben.  Om vervolgens een paar woorden over deze overeenkomst uit te wisselen. We koppelen dit plenair terug en de motivaties voor mensen om elkaar te kiezen lopen uiteen van ‘jij staat net als ik positief in het leven’, via ‘jij houdt ook van mooie kleertjes’ naar ‘ik zag je staan en dacht, jij bent ook een man”.

 

Dan wil hij ook naar ‘Oma’

De nieuwe opvoeders stellen zich ook plenair voor. Een moeder van Surinaamse komaf heeft haar zoon meegenomen. Ook haar Marokkaanse buurvrouw en tevens beste vriendin is erbij: ‘Haar zoon is mijn zoon en mijn zoon is haar zoon. We voeden dus eigenlijk elkaars kinderen op. Dat hebben we altijd gedaan. En als mijn moeder er is wil ook haar zoon naar ‘Oma’. Dit gaat zo in ons hele gebouw eigenlijk”. En dit is ook precies waar het om draait in een ‘pedagogische civil society’ denk ik verheugd.  Een andere Surinaamse dame is al jaren actief in de buurt en inmiddels trotse oma van twee kinderen. Een heer van Marokkaanse komaf uit de Transvaalbuurt heeft 4 kinderen, “vier dochters”, zegt hij waarop de andere opvoeders hem vol bewondering toeknikken. Voor deze keer is de dochter van een van onze vaste kerngroepleden ook aangeschoven en er is nog een nieuwe opvoeder van Turkse komaf. Zij heeft zelf  geen kinderen maar houdt zich professioneel bezig met het opvoeden van kinderen op een kinderdagverblijf. Ten slotte hebben we er een nieuwe moeder van Nederlandse afkomst bij. Zij was ook aanwezig op de kunsthekken opening: “Ik dacht eerst dat het een protest was” vertelt ze. Dat is nog altijd beter dan de gedachte van de politie die dacht dat we een groep van 14 dronken rellers waren, denk ik. “Maar toen ik hoorde wat jullie eigenlijk deden allemaal vond ik dat zo goed en ik heb zin om mee te doen”.

Zij is dus via een activiteit van de Wijkacademie binnengekomen. De andere opvoeders zijn allemaal via via hier aanwezig. Ieder weer via een ander kanaal. Net zoals de  oude kern eigenlijk, hoewel er daar ook een paar van letterlijk van de markt zijn geplukt.

De gevestigde ouders stellen zich ook voor en presenteren tegelijkertijd de projecten waar zij mee bezig zijn, met de uitdrukkelijke uitnodiging naar de nieuwe opvoeders om deel te nemen. Ze zijn steeds beter geworden in hun ‘elevator pitch’ neem ik vol genoegen waar en de nieuwe opvoeders lijken allen een keuze te hebben gemaakt.

 

Vreedzaamheid

Binnen de Wijkacademie wordt er vaak over de vreedzame school en de vreedzame wijk gesproken. Een van de moeders in het bijzonder is buitengewoon  enthousiast over de vreedzaamheidsgedachte en wil van de Dapperbuurt een vreedzame wijk maken. Om ervoor te zorgen dat voor iedereen duidelijk is wat de vreedzame wijk precies inhoudt geeft Hanne een presentatie en we bespreken de manieren waarop de uitgangspunten van vreedzaamheid vertaald kunnen worden via de Wijkacademie naar de wijk zelf. We splitsen ons vervolgens in groepjes op om per waarde een aantal positieve en een aantal negatieve voorbeelden in de buurt te benoemen. De vreedzaamheidsgedachte wordt door iedereen omarmd.

We sluiten de bijeenkomst af door met elkaar in een kring te gaan staan. Een mandarijntje wordt over gegooid en het is de bedoeling dat je tijdens je worp in een woord samenvat hoe je de bijeenkomst hebt ervaren. Termen als kracht, inspiratie, liefde, samen, liefde, respect en gezellig pingpongen door de ruimte.

Bij het afscheid is inmddels iedereen even hartelijk met elkaar als bij binnenkomst. Terwijl een aantal nog even nakaart buiten de deur, zegt de jonge jongen: “ik wist echt niet dat dit bestond. Ik vond het heel leuk!”.

Hanne, Tesnim en ik high fiven. Het was toch best spannend om na een jaar zo intensief met elkaar bezig te zijn geweest een nieuw aantal  opvoeders in de groep te ‘schuiven’. Maar het ging heel soepel en het voelde vertrouwd. Dit hebben we aan onszelf te danken denk ik, we hebben zo’n goede sfeer met elkaar gecreeerd dat het gemakkelijk is om aan te sluiten en opgenomen te worden.

De Amerikaanse sociaal psycholoog Bruce Tuckman onderscheidt vijf fasen in de ontwikkeling van groepen: forming, storming, norming en performing.  Bij Forming nemen leden een afwachtende houding aan. Er is nog geen groepsgevoel en de individuele posities en rollen zijn nog niet ingenomen. In de Storming fase proberen de leden hun positie in de groep in te nemen. Dit leidt meestal tot een strijd wanneer ideeën van de groep met elkaar op gespannen voet staan. Vervolgens worden in de Norming fase de regels en methodes van samenwerking bepaald. De gemeenschappelijke doelen vastgelegd en gedeeld. De belangrijke en minder belangrijke rollen zijn gedefinieerd. Er kan een start worden gemaakt met samenwerking ende Performing fase breekt aan: De groep wordt een groep. Teamleden vullen elkaar aan. Er wordt harmonieus gewerkt naar het gemeenschappelijke doel.

Volgens mij zijn we bij deze bijeenkomst in een keer van Forming naar Norming gesprongen, de Storming fase overslaand. Nu is het tijd voor Performing!